De sai (ijzeren drietand) is een metalen slag- en stootwapen. Dat laatste is voor veel mensen een verrassing, want van een afstand lijkt het wapen gemaakt om te steken. Een sai is echter een stuk zwaarder dan een mes, en heeft meestal ook een botte punt. Steken is meestal dus niet zo heel zinvol.

Het gevaar van de sai zit vooral in de impact van veel gewicht op een kleine oppervlakte. Met gerichte slagen is het goed mogelijk om ledematen uit te schakelen en zelfs botten te verbrijzelen.  Met de yoku (gebogen kling) kun je daarnaast het wapen van je tegenstander onder controle brengen, of soms zelfs je tegenstander ontwapenen. Sai worden net als tonfa meestal in een set van twee gebruikt.

De sai is het derde wapen waar je bij ons mee gaat trainen. Omdat hier wel wat ervaring voor nodig is, begin je met de sai vanaf je vierde kyu (oranje band).

Het verhaal gaat dat de sai oorspronkelijk een landbouwwerktuig was, dat door boeren op Okinawa gebruikt werd tijdens het zaaien om gaatjes te maken in de grond. Later werd het ook door ordehandhavers op Okinawa en in Japan gedragen. Op sai lijkende wapens zijn echter ook eerder en op andere plekken in Azië aangetroffen, waaronder in China en Indonesië.